Biobedrijf in beeld: De Lommerte
Bij zorgboerderij De Lommerte in Laakdal dragen ze zorg voor elkaar en voor de natuur. Als kleinschalig biologisch landbouwbedrijf heeft De Lommerte een hoevewinkel met eigen rundsvlees, varkensvlees, weide-eieren en producten van collega-boer(inn)en. Tijdens de zomermaanden kan je zelf een boeket bloemen oogsten in de zelfplukbloementuin.
Wie?
Bi Verbraecken en Jan Valckx
Wat?
Zorgboerderij
Waar?
Laakdal
Aantal hectare?
9
Bio sinds?
2019
Samen in de Landwijzer-klas
Jan en Bi leerden elkaar kennen tijdens de Landwijzer-opleiding. Bi kwam uit de zorg en droomde van een eigen zorgboerderij, Jan voelde het als bosbouwer en landbouwonderzoeker kriebelen om zelf te gaan boeren. Na een bezichtiging aan een leegstaande boerderij beslisten ze al snel om er samen een bedrijf op te starten. Jan: “Op dat moment waren we zelfs nog geen koppel. Ik vroeg Bi mee omdat ze van Laakdal was. Ik wou het gras niet voor haar voeten wegmaaien.”
Al tijdens hun opleiding richtten ze De Lommerte op. Bi: “We begonnen met twee koeien, waarvan we één in het eerste jaar slachtten (lacht).” Vandaag telt het bedrijf zo’n 9 hectare, met enkele koeien en varkens, een mobiele kippenstal, een zelfpluktuin voor bloemen en een hoevewinkel. Bi: “We wilden allebei geen groenteteelt of akkerbouw, wel vee en bloemen. Daarnaast richtten we voor de zorgtak een vzw op.”
Hoevewinkel door corona
Het zorgverhaal liep wat vertraging op door corona, maar Bi en Jan maakten van de nood een deugd. “Omdat we geen hulpboeren mochten ontvangen, gingen we op zoek naar andere manieren om te overleven. Iedereen was welkom op onze bloemenplukweide, we organiseerden bloemenworkshops, we startten een afhaalpunt voor groentepakketten van een collega-boer en verkochten ons vlees in pakketten. Veel mensen klopten bij ons aan met het idee dat er bij ons op de boerderij een hoevewinkel was. Daarom zijn we vrij snel met een wekelijks marktje begonnen onder onze schuur. We verkochten er naast ons eigen vlees ook groenten, fruit, zuivel en droogwaren van collega-boeren. Onze hoevewinkel vandaag is daar het rechtstreekse gevolg van.”

Zorg op maat
In het najaar 2020 kende de zorg zijn tweede start en vandaag komen zo’n tien tot twaalf jongeren (vanaf 16 jaar) en volwassenen met een ondersteuningsnood drie dagen per week helpen op de boerderij, bijgestaan door vrijwilligers en zorgbegeleiders. De Lommerte wil hen een al dan niet tijdelijke veilige omgeving bieden. “Wij bouwen verder op de rijke traditie aan groene zorg die in de Kempen bestaat. Onze doelgroep zijn veelal personen met en een verminderde mentale draagkracht en een bijkomende ontwikkelingsproblematiek.”
Zelf merken ze dat er veel vraag is naar zorg op maat. Bi: “Wij zijn niet verbonden aan een zorginstelling. Mensen die bij ons terechtkomen betalen daarvoor via hun zorgbudget. Soms vallen mensen uit de boot. Dankzij een ledenactie kunnen we volgend seizoen ook 2 hulpboeren zonder zorgbudget een plaats geven. Lid worden kan voor 50 euro per jaar, je krijgt dan ook een zelfplukabonnement voor onze bloemen in de plaats.”
Jan (De Lommerte): “Het mooie is dat landbouw veel kapstokken biedt om de zorg aan vast te hangen. Er zijn de seizoenen, maar ook de dagelijks terugkerende taken zoals de dieren eten geven of eieren rapen. Elke hulpboer trekt naar die omgeving waar hij of zij zich goed voelt: of het nu de dieren, de bloemen of de winkel is. Alleen de varkens vindt iedereen leuk (lacht).
Toekomstdromen
Zo komen ze dichter bij hun grote droom: rond hun boerderij een gemeenschap vormen die helpt om zorg toegankelijk te maken. Bi: “We noemen het zelf CSC: community-supported care. Daarnaast willen we natuurlijk ook een leefbaar landbouwbedrijf uitbouwen. Dat is best een uitdaging. ”Een samenwerking met een andere boer voor groente- of akkerbouw, eigen verwerking, … Ideeën hebben Bi en Jan nog genoeg, maar ze willen zich niet vergalopperen. Bi: “We willen ook goed voor onszelf en ons gezin zorgen. Zo waren we na nieuwjaar drie weken gesloten. Nadien hoorden we van klanten en hulpboeren dat ze ons gemist hadden. Dat maakt ons enorm trots.”